Handvest van de grondrechten van de Europese Unie: het aanvechten van religieuze discriminatie

In 2011 heeft het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten het verslag "Respect voor en bescherming van personen die tot minderheden behoren 2008-2010" uitgebracht. Het verslag behandelde zaken die verband houden met de beginselen van non-discriminatie en religieuze en taalkundige diversiteit van de CFREU. Uit het onderzoek bleek dat de minderheidsgroepen in de EU, voornamelijk moslims, nog steeds "aanzienlijk gediscrimineerd" worden. De gronden van de discriminatie waren echter moeilijk vast te stellen, aangezien bijna de helft van de respondenten niet kon zeggen of deze gebaseerd was op "godsdienst of overtuiging of hun etnische of immigrantenachtergrond". Interessant is dat volgens het rapport "het dragen van traditionele of religieuze kleding, waaronder een hoofddoek, slechts een marginale invloed had op hun ervaring van discriminatie"

Het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie is plechtig afgekondigd in december 2000, tijdens de Intergouvernementele Conferentie (IGC) in Nice (Frankrijk) - de formele procedure voor onderhandelingen over wijzigingen in de oprichtingsverdragen van de EU. De rechten die door het Handvest zijn afgekondigd, zijn ontleend aan diverse internationale en nationale bronnen. Zo was ook het eigen Community Charter of the Fundamenten Social Rights of Workers (‘Handvest van de sociale grondrechten van de werkenden’) van de Europese Gemeenschap uit 1989, een belangrijke bron. Het Handvest werd erkend door het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie als een belangrijke stap op het gebied van de mensenrechten. Het Europees Bureau voor de grondrechten is een onderdeel van de EU dat in 2007 is opgericht, met als taak het monitoren (controleren), verzamelen en analyseren van gegevens met betrekking tot (die in verband staan met) het Handvest van de grondrechten.